woensdag 30 juli 2014

Van de boerderette 9. Brand!! deel I

Het is bijna augustus. Bomen en gras hebben nog een frisse groene kleur. Het heeft veel geregend, maar de laatste dagen is het flink warm en de stevige wind droogt grond en planten snel uit. Gisteren zag ik voor het eerst ver weg aan de overkant van de rivier achter de bergen rook opstijgen. Kennelijk een grote bos/maquisbrand die met vliegtuigen die water uit de Douro opschepten werd bestreden. Ik heb even op de site van de `Proteção Civil´ (Bescherming Bevolking) gekeken. Deze maand waren er relatief weinig branden, maar gisteren was er toch weer een grote in de buurt van Aveiro. Vorig jaar passeerden in juli 368 grote bos- en maquisbranden en 2817 branden die minder dan een hectare bestreken. De maand augustus was een hel. Bijna iedereen hier liep met zijn `coração na mão´ (men hield zijn hart vast). We waren bijna letterlijk omsingeld door branden. Op een dag toen het een beetje minder leek, waagden we een tochtje met de auto naar Lamego. Het leek of heel Noord-Portugal in brand stond. Overal rook en vuur en al zwartgeblakerde bomen. Er waren meer brandweerwagens op de weg dan gewone auto´s.
Begin september - het kon niet missen - waren we zelf aan de beurt. In de komende weken kun je het verslag lezen dat ik vorig jaar schreef over deze lichtelijk traumatische gebeurtenis. Een verslag dat indirect de aanleiding werd om met deze blog te beginnen. Lees en huiver...

 
Blusvliegtuig laadt water in

 

1. PANDEMONIUM


Dinsdag 3 september 2013

Ik loop al twee dagen in het zelfde naar zweet en rook stinkende t-shirt. Geen tijd om me te verkleden, laat staan een bad te nemen. Mijn blik gericht op de zwartgeblakerde berg, dan weer op het kleine dennenbos achter het huis, waar het nog steeds nasmeult, maar het meest op een punt in het bos in de richting van de rivier. Daar stijgt rook op, soms meer, dan weer wat minder, maar over een steeds breder front, feller, zwarter. Ze houden het niet verdomme en het enige dat het vuur van de eerste rij bomen en wijnstokken op ons land scheidt, is in geen eeuwigheid schoongemaakt hakhout en een vorig jaar verlaten bouwland met een meter hoog, droog gras. Als het vuur ook van deze kant toeslaat, rest ons straks alleen nog een huis in een verkoold landschap. Dan schei ik er mee uit, basta! Ik zie me niet nog een keer helemaal opnieuw beginnen.


Het is twee uur, ruim 35 graden. De rook komt steeds dichterbij. Het vuur is niet zichtbaar, maar ik hoor het wel. Ik sta stijf van de stress. Er is niets wat ik nog kan doen. Vanmorgen nog lage takken van bomen in de buurt van het huis afgezaagd en een paar uur geleden heb ik de brandweer nog een keer gebeld. Bijna afgesnauwd: "Ja, ja, we weten het, ze zijn daar al bezig." Maar een kind kan zien dat ze het nooit kunnen houden zonder hulp vanuit de lucht. En die zal wel niet beschikbaar zijn. Bijna het hele land staat zo´n beetje in de brand vandaag. In m´n hoofd zeurt het introotje van `The man who sold the world´ van Bowie maar door, het melodietje waar het eergisternacht allemaal mee begon en dat ik sindien niet meer uit mijn kop krijg.
Mijn vrouw is in Vila Nova de Gaia. Naar de dokter en onze zoon inschrijven op een andere school. Dingen die niet uitgesteld kunnen worden. Mijn zoontje (9) moet nog eten. Ik weet niets anders te verzinnnen dan een bord tomatensoep, probeer zo weinig mogelijk van mijn onrust te laten merken. Maar hij is niet achterlijk, heeft de rook ook wel gezien. "We gaan toch niet dood, hé", vraagt hij. "Nee, ben je gek joh. Het huis is veilig hoor". "Ze moesten die vuurtjesstekers allemaal in de gevangenis opsluiten, voor altijd." Dat vind ik heel humaan van hem. Op dit moment mogen ze van mij het hele zootje standrechtelijk executeren.

Ineens gaat het heel snel. De wind wakkert aan en de brand komt recht op ons huis af.
"Zijn de katten binnen? Ja? Oké. Blijf binnen. Soep opeten en alle ramen en deuren dicht houden. Als je meer honger hebt, eet je maar een banaan." Ik vul een paar emmers met water en zet ze ergens in het midden van het honderd meter lange veld. Druppels op een gloeiende plaat, maar ik moet wat doen. Daarna maak ik met een slang de grond en de tuintjes om het huis nat. Het terrein om het huis is in een grote cirkel schoon en bijna zonder bomen. Maar met veel wind...
Buurman Carlos* arriveert met zijn hak. "We proberen het lager tegen te houden", schreeuwt hij boven het lawaai van het vuur uit, voor hij het bos in duikt, half kreupel, volgestopt met pijnstillers. Drie versleten wervels, een hernia en een gat in zijn heupbeen.
Grote vlammen boven de boomkruinen nu en een enorme rookwolk. Het vuur vordert steeds sneller en dan...draait de wind! De brand buigt af naar beneden. "O wind blijf alsjeblieft in die hoek", bid ik. "Ja goed zo , omlaag met die handel. Gisteren ik, vandaag gij. Wij hebben onze portie al gehad."

Op dat moment vliegt met luid gesis de maquis aan de andere kant van de kleine vallei in de brand, achter het huis van buurman Jorge en de brand van gisteren langs. Het lawaai is oorverdovend; grommend, knetterend. Een massieve rookzuil verduistert de zon als de hoge eucalyptusbomen in brand vliegen. Voor ons is deze brand niet direct gevaarlijk, maar de huizen beneden zitten nu in een tang van twee vuren. Ik ren naar huis om mijn zoontje gerust te stellen. Binnen een mum van tijd staat de hele vallei vol rook en kun je niet meer zien wat er gebeurt. Kreten "Hier, hier, filio da puta!" Een gasfles die ontploft. "Een pandemonium", zou buurvrouw Luisa later zeggen.
Eindelijk geronk van motoren. Door de rook zie ik over de berg, als een pantserdivisie, een colonne enorme brandweerwagens langstrekken. Voorop een kleinere met een luidspreker waaruit metaalachtig repeterend: "Verlaat de huizen. Het heeft geen zin meer, verlaat de huizen", klinkt.

Aan de andere kant heeft het vuur nu de velden bereikt, maar ver beneden ons land. Een buurman probeert met een tractor met watertank zijn druiven te redden. Het vuur komt niet verder dan de muur om zijn geploegde land, maar ploegt wel verder naar beneden.
Plotseling zie ik Luisa, de vrouw van Carlos over haar land rennen: De hooiberg staat in de fik. Vonken. Ik laat mijn zoontje zich opsluiten en ren achter haar aan, onderweg een paar bremtakken en een hak oppikkend. Met moeite weten we het vuur dat zich om de hooiberg verspreidt uit te slaan. De berg zelf moet maar afbranden. Die is niet meer uit te krijgen. Luisa, met een kop rood en dik van de stress: "Waar is Carlos, die ezel. Loopt ie de boel weer te verkennen. Hier moet hij zijn. Ga hem halen!" Ik ren weg om hem te zoeken. Ik snap haar best. Er ligt voor duizend Euro aan brandhout op hun land. Gekocht voor de komende drie jaar en Carlos loopt in de ziektewet. Ik vind hem aan de rand van het bos. Hij staat een brandgang te hakken. Later moet Luisa, een schat van een mens, toegeven dat hij nu ook weer niet zo´n ezel was.
Nu doemt een helicopter met waterzak op uit de rook. De piloot is een artiest. Hij swingt zijn machine door de rook als een vietnamveteraan. In zo´n zak zit anderhalve ton water. Dat zet zoden aan de dijk. Binnen een half uur is de brand meester en is ook een stuk voor de vuurlinie preventief nat gemaakt. Toch brandt het bos de volgende dag weer...


Als het land van Carlos en Luisa veilig is, ga ik mijn zoontje opzoeken. Hij zit op het bed in zijn kamer een computerspelletje te spelen. De gordijnen dicht. Hij is niet echt bang geweest, zegt hij, maar hij had wel even genoeg van de werkelijkheid.
Veel tijd heb ik niet voor hem, want ik hoor Carlos alweer toeteren. Die heeft honderd meter dikke waterslang in zijn auto liggen. We moeten de berg op om de slang die bij de brand van gisteren is gesmolten te vervangen. Morgen wordt het weer heet en de tomaten hebben water nodig. Het leven gaat door. Tussen verkoolde bremstaken en nog brandende eucalyptusstronken banen we ons door de as een weg naar boven. Bij de bron dode muizen, een slang. Die hebben zich niet uit de voeten kunnen maken. De klus is snel geklaard, dus gaan we nog even bij de bron die nog hoger boven mijn land ligt. Aan de andere kant van de grensmuur zie ik een eindeloze verkoolde vlakte, waarin helemaal niets het overleefd heeft. Boven ons cirkelen arenden, tevergeefs op zoek naar prooi. De maquis zal zich snel herstellen, over een paar maanden is het hier weer groen, maar de dieren en vooral de bomen zullen heel wat meer tijd nodig hebben.
Bij de kapel beneden staan zeven of acht brandweerwagens. De brand aan de rivierkant heeft men een stuk voor de kapel kunnen doven. Die aan de andere kant is bij de straatweg gestopt.
Fandinhães is gespaard gebleven. Op het nippertje. Alleen een leegstaand huis en een paar oude schuren zijn verbrand. En heel veel bomen natuurlijk. De prijs van het brandhout zal dit jaar weer erg laag zijn.

                                                                op weg naar de bron

Ik zit nog maar net met mijn zoontje op het terras als mijn vrouw thuiskomt. Ze heeft gegrilde kip uit de supermarkt meegenomen. Met sla en tomaten uit de moestuin en de rijst van gisteren maken we snel een maal. Ik moet in bad en naar bed, heb zesendertig uur niet geslapen en om drie of vier uur ´s morgens komt mijn vrouw me al weer wekken om de wacht over te nemen. Meer eerst gaan we nog even met de zaklantaarn het bos in om te kijken waar het nog brandt onder de grond. De soms bijna een meter diepe brandjes moeten geblust worden om schade aan de wortels van de dennen die het overleefd hebben te voorkomen. Gaat het beste met een grote plantengieter, heb ik gisteren ontdekt.

Wordt vervolgd

* om reden van privacy zijn alle namen veranderd

woensdag 23 juli 2014

Van funk tot fado 4. In Memoriam Carlos Paredes.

Vandaag, 23 juli, is het tien jaar geleden dat de virtuoze gitarist, componist en vernieuwer van de muziek op de Portugese gitaar, Carlos Paredes overleed. Ik hoorde het bericht toen we op de terugweg van vakantie, met mijn vrouw en mijn zoontje, stopten om wat te drinken in een wegrestaurant. Zoals gewoonlijk stond daar de televisie aan. Ik moest even een rondje om, want de tranen sprongen in mijn ogen en ik kon op dat moment niet uitleggen waarom dat bericht me zo raakte: De man die mij door zijn muziek de ziel van Portugal had laten zien was gestorven...


Ik wist dat hij al tien jaar te ziek was om naar zijn normen nog de `guitarra portuguesa´ te bespelen. Hij leed aan een degeneratieve neurologische ziekte. In 1993 had hij de opnamen van zijn laatste album halfverwege moeten staken. Negen van de opnamen, die een titanenstrijd van de gitarist tegen zijn steeds minder meewerkend lichaam waren, zijn na lang wikken en wegen in 2000 op de cd `Canção voor Titi´ uitgebracht. Als een testament. Terecht,denk ik, als ik luister naar een compositie als `Escadas do quebra costas´ (De `ruggebreker´ trap): https://www.youtube.com/watchv=gM6rC2nTa-I


Carlos Paredes (16-2-1925) groeide op in een familie waarin het bespelen van de Portugese gitaar traditie was. Zijn overgrootvader en grootvader waren al bekende gitaristen in Coimbra en zijn vader, Artur Paredes, was een van de belangrijkste muziekvernieuwers van de Portugese gitaarmuziek in de eerste helft van de 20e eeuw. Omdat hij kennelijk een goed muzikaal gehoor had, moest hij van zijn moeder viool leren spelen, tegen de zin van zijn vader, die hem vanaf zijn vijfde al lessen op de `guitarra portuguesa´ gaf. In 1934 verhuisde het gezin van Coimbra naar Lisboa, liet Carlos de viool in de steek en wijdde zich helemaal aan de Portugese gitaar. In die tijd ontwikkelde hij een eigen manier van het bespelen van het instrument. In 1949 speelde hij met zijn vader in diens radioprogramma. In het zelfde jaar vond hij een baan als administratief medewerker in een ziekenhuis in Lissabon. In 1958 werd hij door een collega verraden aan de Pide (geheime staatspolitie), omdat hij zich negatief uitliet over het bewind van Salazar. In het geheim was hij toen al militant lid van de verboden communistische partij. Hij ging voor ruim een jaar achter de tralies. Toen hij heen en weer lopend in zijn cel een fictieve gitaar begon te bespelen, dachten zijn collega´s dat hij gek geworden was. Niets was minder waar. Hij componeerde.
Eind 1959 kwam hij vrij, maar hij was tot zijn verdriet zijn baan kwijt en mocht geen publieke functie meer bekleden.
Als na de Anjerrevolutie in 1974 de politieke gevangenen worden bevrijd, worden ze beschouwd als helden. Paredes heeft daar nooit iets van willen weten. Hij wilde alleen zijn baan terug. Het was een zeer bescheiden man. Hij kwam weer in dienst bij het ziekenhuis als archivaris van röntgenfoto´s, een functie die hij naast zijn optredens en plaatopnamen altijd is blijven vervullen.

In 1962 werd Carlos Paredes door filmregisseur Paulo Rocha gevraagd om de muziek te schrijven voor de film `Verdes Anos´, een sociaal drama over jongeren die ten onder gaan in de trek van het platteland naar de grote stad. Paredes die naar zijn zeggen veel sympathie voor deze ontwortelde jongeren had, schreef en speelde een compositie die geniaal door zijn eenvoud en
zeggingskracht was:  https://www.youtube.com/watch?v=XwhV1ivYNsQ . `Verdes Anos´ (Groene jaren) wordt zijn doorbraak.
In 1967 nam hij zijn eerste langspeelplaat op: `Guitarra Portuguesa´, in 1971 gevolgd door `Movimento Perpétuo´ (Eeuwigdurende beweging).


In 1984 kocht ik op aanraden van mijn Portugese vriendin een dubbelalbum die een heruitgave van deze twee eerste lp´s bevatte. Op de hoes schrijft Alain Oulman, de Franse componist die de meeste latere fado´s van Amália Rodrigues schreef (zie ook Muziek 3.): "De eerste keer dat ik hem (Carlos Paredes) hoorde, was in het huis van Amália Rodrigues, die hem ook nog nooit gehoord had. We waren er compleet kapot van. Amália huilde en zei dat ze lust had om hem te slaan - een vaker voorkomende reactie van haar als ze getroffen werd door de virtuositeit van iemand. Niemand van ons begreep waarom hij niet bekender was, op zijn minst in Portugal (...) De muziek van Carlos Paredes vertolkt, naar mijn mening, als geen andere het land en de mensen van Portugal."
Dat kon ik toen nog niet lezen (Portugees). Nu lijkt het of Oulman beschrijft wat er met mij gebeurde toen ik die plaat voor het eerst opzette. Jammer genoeg heb ik zelf nooit de kans gehad om hem te zien en horen optreden.
Als je iets van zijn fabuleuze techniek en zijn temperament wilt zien, moet je beslist naar dit filmpje kijken, `Variações em Ré major´:                                                                     https://www.youtube.com/watch?v=Y8cR1M1_wWU . Hij speelt het stuk met zijn vaste begeleider op de Spaanse gitaar, Fernando Alvim. Let vooral op dat kleine gebaar aan het eind: `Ach, dat had wel beter gekund´. Hij was een genadeloze criticus voor zichzelf.

Paredes nam nog twee studio lp´s, `Espelho de Sons´ (1987) en `Asas Sobre o Mundo´(1989) op en een live album `Concerto em Frankfurt´(1983). In 1990 werden improvisaties van hem met de jazz-bassist Charlie Haden op de plaat gezet. Hij heeft veel filmmuziek gemaakt. Zowel voor als na zijn dood zijn er een flink aantal verzamelalbums uitgebracht.


 Ik heb nog één favoriet, `Em memoria de uma camponesa assasinata´(In memoriam voor een vermoorde landarbeidster), dat op de cd `Na Corrente´, een compilatie uit 2007 staat: Een mix van weemoed om het vergankelijke van alles en sprankelende levenslust die zo karakteristiek is voor zijn composities en het volk dat hij met zijn muziek beschreef:  https://www.youtube.com/watch?v=gqo33D8Y7ZQ

In 2001 besloten gitarist Tó Trips en bassist Pedro V. Gonçalves tijdens een nachtelijke wandeling door Lissabon om als eerbetoon aan hun held Carlos Paredes samen een cd op te nemen. Die nacht ontstond de band `Dead Combo´, die in 2004, het jaar van de dood van Paredes, haar eerste cd uitbracht. Over dit illuster duo hoor je binnenkort meer.

woensdag 16 juli 2014

Van de boerderette 8. Zomergasten

Ik zie ze pas als ik koffie ga drinken. Tientallen wandelende takken op de witte muren en de deur. Die zijn vast uit het hoge gras gevlucht dat ik rondom het huis aan het maaien ben. Misschien zijn het mannetjes, want die kunnen een beetje vliegen, maar het is ook mogelijk dat er vrouwtjes door de `wind´ van de maaimachine tegen de muur zijn geblazen. Mijn zoontje loopt trots: "Kijk mij eens papa!" met een wandelende tak op zijn hoofd rond. Die foto mislukt jammer genoeg.



We hebben maar een klein insectengidsje en op het Internet vind ik ook geen duidelijke beschrijving van de Europese soorten. De puzzelstukjes samenvoegend lijkt het me dat we de Leptymia attenuata, oftewel de bicho pau comum (gewone - Portugese - wandelende tak) op bezoek hebben.

wandelende takken zijn planteneters. Ze steken noch bijten. Hun verdediging bestaat simpelweg uit het feit dat ze op een takje lijken en daardoor door hun vijanden over het hoofd gezien worden. In hun familie zijn er ook die op een blad lijken. Die heten logischerwijs wandelend blad. De voortplanting van het insect gaat via geslachtelijke of ongeslachtelijke (parthogenese). In het laatste geval worden er alleen vrouwtjes geboren. De vrouwtjes strooien min of meer willekeurig hun eitjes rond, die op zaadjes lijken. Het kan tot een jaar duren voordat die tot leven komen.
In Europa komen wandelende takken alleen voor in de landen rond de Middellandse Zee. In Azië, Australië en Zuid-Amerika bestaat een enorme variëteit in vorm, kleur en grootte (tot wel 50 cm. lang) van het insect.

Over de hele wereld zijn clubs van verzamelaars die wandelende takken kweken, ruilen en verkopen. Ze zijn gemakkelijk in een terrarium te houden. De meeste soorten kunnen leven op een dieet van braam- of klimopblad. Men geeft de verschillende soorten een `PSG-nummer´ om de internationale communicatie te vergemakkelijken.


In Portugal wordt de wandelende tak bedreigd door bos- en maquisbranden. Biologen zijn van mening dat klimaatsverandering (stijgende temperatuur) voor een trek naar het noorden zorgt.

Onze takkenfamilie blijft de hele dag zonder zichtbare beweging zitten. De gloeiende namiddagzon, die pal op de muur staat, deert ze kennelijk niet. De volgende dag zijn ze allemaal verdwenen. Door vogels opgepikt of uit wandelen?

woensdag 9 juli 2014

Van de boerderette 7. Vrije zaden, vrije smaak, deel II

Vorige week had ik het over het wetsvoorstel van de Europese Commissie met betrekking tot de regulering van productie en distributie van land- en tuinbouwzaden en het wegstemmen van deze wet door het Europese Parlement op 11 maart jl. Wat mij opviel was hoe weinig aandacht de pers aan dit onderwerp heeft besteed: Niets in de Volkskrant van de volgende dag en ook niet in de zaterdagbijlage van die week. Ook bij het NRC kon ik niets vinden. Ik zag een klein artikel in de Belgische `de Morgen´, in de Expresso, een van de grootste Portugese kranten, slechts een klein berichtje op pagina 33.


Wel waren er veel reacties in blogs en op websites zoals `Baas op eigen bord`, een initiatief van Groen Links, het `Down to Earth Magazine´ en `Aseed´ en natuurlijk was er ook een opgetogen reactie van het Indiase `Seeds of Freedom´ (Navdanya), een organisatie die met name in India streeft naar vrije uitwisseling van zaden en biodiversiteit.
Hoe belangrijk dit soort beslissingen zijn voor boer en consument en wat voor impact het legaliseren en registreren van patenten op (al dan niet genetisch gemanipuleerde) zaden kan hebben, volgens mij het volgende voorbeeld:

Percy Schmeiser in zijn koolzaadveld

In de jaren negentig bracht het Amerikaanse concern Monsanto, superproducent van pesticiden (weet je nog: Orange agent, ontbladeringsmiddel in Vietnam) en genetisch gemanipuleerde zaden, het door hen gepatenteerde `Roundup Ready´ koolzaad op de Canadese markt. Veel boeren gingen het zaaien, maar andere die al decennia lang hun eigen koolzaad kweekten, klaagden dat het zaad van Monsanto hun velden tegen hun wil infiltreerde en de zaadoogst bedierf. De advocaten van het bedrijf draaiden de zaak om en beschuldigden op hun beurt de boeren van het op illegale wijze cultiveren en oogsten van `Roundup Ready´ koolzaad... en zij kregen gelijk van de rechter. Oogsten werden verbeurd verklaard en er moesten enorme schadevergoedingen aan Monsanto betaald worden. Veel boeren raakten alles kwijt.
Toen Percy Schmeiser, een grote Canadese boer, in beroep ging tegen een rechtzaak die Monsanto tegen hem had aangespannen en die ging over de vraag of een (Canadese) boer het recht heeft om te doen wat hij wil met zaad dat ongewild op zijn land terecht komt, patent of niet, kwam de kwestie wereldwijd in de belangstelling. Hij verloor de zaak in hoogste instantie ( 5 tegen 4 rechters), omdat het Hof vond dat hij had kunnen weten dat hij `Roundup Ready´ koolzaad kweekte en hij niet kon aantonen dat het zaad op een dergelijke schaal ongewenst op zijn land was gekomen, bovendien zegevierde het eigendomsrecht van het patent over het in de Canadese wet volgens de rechters niet bestaande `boerenrecht´ waar Schmeiser zich op beriep. De proceskosten wist wel hij op de tegenpartij af te wentelen door een actie tot schadevergoeding wegens `tresspassing´ en het nemen van illegale monsters op zijn land door Monsanto, die hij won. Later spanden zowel zijn vrouw als hijzelf een procedure proefprocessen aan om ongewenst overgewaaide `Roundup Ready´  respectievelijk uit de moestuin en een koolzaadveld door Monsanto te laten verwijderen of de opruimkosten te betalen. Zaken die ze beiden wonnen. Voor hun geweldloze strijd voor het behoud van wereldpatrimonium en biodiversiteit ontvingen zij de `Right Livelihood Award´, een soort alternatieve Nobelprijs. Percy kreeg bovendien de `Mahatma Gandhi Award´ voor zijn werk. In Canada wordt inmiddels bijna alleen nog maar `Roundup Ready´ koolzaad gezaaid.
Door de resistentie tegen pesticiden is de plant een ware onkruidplaag voor andere gewassen geworden in Canada, maar ook in Californië. In Japan is zelfs de traditionele rotstuin niet meer veilig voor het koolzaad van Monsanto.

Dat zelfde Monsanto is nu bezig om door middel van genetische manipulatie `zelfmoordzaad´ te ontwikkelen voor de katoenteelt: Na de oogst van katoen dat met dit zaad gecultiveerd wordt, verdroogt het nieuwe zaad aan de plant zodat de boer elk jaar nieuw zaad van het bedrijf moet kopen. Een ramp voor vooral de kleinere derdewereld boeren, die nu nog vaak een mix van zelfgekweekt zaad en een klein deel gekocht zaad gebruiken. Kennelijk heeft dit meer nieuwswaarde dan dat (heel belangrijke) Europese wetje, want hierover wordt druk geschreven in de kranten.


Vanaf 2011, toen de Europese Commissie met de eerste voorstellen kwam om de productie van zaden te industrialiseren, privatiseren en controleren, hebben ruim vijftig buitenparlementaire Europese organisaties daartegen actie gevoerd, informatie verspreid en handtekeningen verzameld voor een petitie die met 58.000 handtekeningen in Brussel werd ingediend.
In Portugal zijn vijf organisaties op dit gebied actief: Campo Aberto, Gaia, MPI, Plataforma Tránsgenicos Fora en Quercus. De Nederlandse onderzoekster Lanka Horstink, die in Portugal woont en werkt, ontving dit jaar de eerste prijs `Terre de Femmes´(5000 Euro) van de Stichting Yves Roché voor haar werk als coördinator van de actie `Sementes Livres´ (vrije zaden). Zij kan het geld goed gebruiken voor het in kaart brengen van bedreigde plantenrassen, het opzetten van zaadbanken waar boeren zaad kunnen uitwisselen en andere werkzaamheden om de Portugese biodiversiteit in de land- en tuinbouw te verdedigen.

woensdag 2 juli 2014

Van de boerderette 6. Vrije zaden, vrije smaak, deel I

Ik heb echt lekere tomaten in de moestuin. Die smaken ouderwets naar tomaat. Coração de boi `Ossenhart´ heet het ras. In het voorjaar zaai ik de zaadjes van de tomaten van het vorig jaar in kweekbakjes en als ik plantjes tekort kom, krijg ik die van mijn buurman. Die heeft er altijd meer dan genoeg. Het is een resistent ras dat goed tegen het soms wat humeurige klimaat op deze hoogte (500 meter boven de zeespiegel) kan. In het begin heb ik een keer zaadjes uit de winkel, uit een zakje waarop `Coração de boi´ stond geprobeerd, maar de meeste plantjes gingen buiten dood en wat overbleef gaf weinig tomaten die niet veel smaak hadden.

                     

`Ossenhart´tomaten

Hier in het binnenland kweekt bijna iedereen zijn eigen zaden. Ik heb dit voorjaar een tiental grote uien geplant voor het zaad en die staan nu in bloei en ik laat altijd een paar sla-, kool-, peterselie- en spinazieplanten staan om `door te schieten´. Dit jaar verregende het grootste deel van mijn uienplantjes, maar mijn buurvrouw had er meer dan genoeg en ook nog wat kool- en tomatenplanjes over. Voor haar had ik zaden van `feijocas´, die grote witte bonen die de Grieken als voorgerecht eten. En zo gaat dat ook met de zaden en plantjes van pompoen, courgette, komkommer, paprika en Spaanse (Portugese) peper. De klonen van die geweldige aardbeien van Senhor José hebben zich in de afgelopen jaren door het hele buurtschap verspreid.

Stel je voor dat dat allemaal niet meer zou mogen en dat we standaard gecertificeerde en gepatenteerde zaadjes in de winkel moesten gaan kopen, omdat dat zo door de EU was besloten. Als ik alleen nog maar dezelfde smakeloze groenten die je in de supermarkt koopt zou mogen telen, stopte ik morgen met mijn moestuin. Het is al erg genoeg dat ik zo ongeveer gedwongen wordt om Nederlandse Désirée pootaardappels in de grond te stoppen. "Hebt u geen Portugese aardappelrassen?" De eigenaar van de zaak laat me de catalogus zien: Een lange lijst van Franse, Belgische, Deense en vooral Nederlandse pootaardappels (Nederland heeft driekwart van de handel in pootgoed in de EU in handen en produceert zelf ongeveer 20% van de export binnen de EU). Geen enkel Portugees aardappelras op de lijst en er zijn toch hele goeie, heb ik me laten vertellen.

Op 13 maart van dit jaar werd in het Europese Parlement een wet in stemming gebracht die de productie en distributie van zaden zou moeten controleren en die traditionele zaden en zaden die in de natuur voorkomen aan industriële normen zou onderwerpen. Het wetsvoorstel was al eerder door twee parlementaire commissies afgewezen en werd nu ook door het Parlement met een overweldigende meerderheid verworpen. Men zag kennelijk in dat de belangen van consument en milieu te weinig werden beschermd en dat die van de mondiale zaadlobby, Monsanto, Syngenta, Bayer en Limagrain c.s., er wel erg dik bovenop lagen. Maar de strijd is nog niet gestreden. De Europese Commissie kan proberen om de verschillende ministerraden separaat te bewerken en bovendien kan een gewijzigd wetsvoorstel alsnog ingediend worden. Met de enorme verschuiving naar rechts binnen het Parlement na de verkiezingen, is de uitslag van een nieuwe stemming nog niet zo zeker.

                                                              bloeiende couve-galega

Het gaat nu nog om zaden die in de professionele landbouw worden gebruikt - alsof die nu al niet omkomt in de regelgeving- maar voor je het weet leven we onder het mom van `volksgezondheid´ of `consumentenbescherming´ in een zaaddictatuur.
Ik zie het al voor me: Een tomatenpolitie die de balkons afstroopt op zoek naar onreglementaire planten die de raszuiverheid van de Europese Standaardtomaat in gevaar kunnen brengen. Boetes, openbare tomatenplantverbrandingen en plantenrechters die gevangenisstraffen en deportaties opleggen.


Eigenlijk hebben de belangen van een kartel van zaadproducenten en een overdreven gedetailleerde Europese regelgeving (alle paprika´s even groot) al lang een veel te grote invloed op wat er op ons bord komt en daarmee worden m.i. fundamentele rechten geschonden. Mogen we alsjeblieft zelf bepalen wat we eten... en wie we zijn? `Der Mensch ist was er isst´(Feuerbach)!
Gelukkig zijn er veel wakkere mensen en organisaties die in de gaten houden wat er gebeurt en daarover informatie geven, zoals `Seed Freedom´ en niet te vergeten de Nederlandse Lanka Horstink, die in Portugal actie voert voor `sementes livres´- vrije zaden. Daarover volgende week meer.