donderdag 27 oktober 2016

Van funk tot fado 20. Filho da Mãe

Filho da Mãe - spreek uit Fi-ljoe da Main (met een heel dun ennetje) - is de hoogst merkwaardige artiestennaam waaronder de Lisboeetse gitarist Rui Carvalho optreedt en waarmee hij zijn cd's ondertekent. Letterlijk betekent het `moederszoon´, maar de uitdrukking wordt meestal gebruikt om aan te geven dat iemand een hufter is. Onschuldiger dan `filho da puta´, maar wel een stuk venijniger. De naam komt voort uit uit zijn rol als gitarist in een van zijn eerste bandjes `Asneira´, dat onder andere `lelijk woord´ betekent.


Rui Carvalho (36), geboren op de Azoren en opgegroeid in de suburbs van Lissabon, wilde eigenlijk - wat hebben die jochies daar toch mee - topvoetballer worden, maar hoewel het hem niet aan spelinzicht ontbrak en hij een goeie rechtse punter weggaf, wist hij de voetballers van zijn wijk niet te overtuigen.
Toen het ook niets werd met zijn carrière als tuinman, besloot hij zijn leven maar helemaal aan de muziek te wijden.
Hij speelde elektrische gitaar in postrock en -hardcore bandjes als `Asneira´ en `If Lucy Fell´ (naar de gelijknamige film van Eric Schaeffer), geboren in 2004, en deed een project met de band `Linda Martini´ (beste Portugese rockgroep van dit moment). Maar de akoestische gitaar, waarmee hij naar eigen zeggen, een haat-liefde verhouding heeft bleef trekken.

En kennelijk had hij composities in zijn hoofd, want in 2011 bracht hij zijn eerste solo-album `Palacio´ uit en publiek en pers waren razend enthousiast. De muziek is onrustig, stads met thema's die elkaar soms abrupt afwisselen, maar waarin onder al dat virtuoze spel toch ook een zekere melancholie hoorbaar is. Zoals in dit `Não sei designar barcos´ (Ik kan geen boten tekenen)

  
                                          https://www.youtube.com/watch?v=_wKsx7J3HzU

Op deze cd experimenteert hij met ook met elektronische effecten en samplet hij melodielijnen die doorspelen terwijl hij soleert, bijvoorbeeld in het hallucinerende `Helena Aquática´:

                                  
                                          https://www.youtube.com/watch?v=8vOejVU0IRU

Als je het geduld kunt opbrengen, kun je met de volgende link het Fnac-concert zien en horen, waarin Filho da Mãe op een verbluffende manier laat zien dat hij het - met een flesje bier - live minstens net zo goed doet. Op applaus reageert hij niet of nauwelijks, maar af en toe voegt hij het publiek een paar (zelf) relativerende  woorden toe: `De cd is achterin de zaal te koop, want ook ik heb geld nodig.´  

Zijn tweede album, `Cabeça´ (Hoofd), dat hij ver buiten de hoofdstad in Montmor-o-Novo is wat kalmer en meer klassiek akoestisch. Emotioneler, hoewel de titel anders doet verwachten: "Het (album) heeft de naam `Cabeca´, maar dat  heeft niets te maken met het idee `rationeel´. Het gaat meer over het vrijlaten van de stemmen in het hoofd wanneer we tegen ons zelf zeggen dat we teveel over de dingen nadenken. Onbewust is het een veel emotioneler album (FdM)´

Van deze cd laat ik het gelijknamige stuk `Cabeça´ horen:


                                           https://www.youtube.com/watch?v=LxT8XI51Skc

en natuurlijk `Um Monge Às Costas´ (een monnik op zijn rug):


                                          https://www.youtube.com/watch?v=kt5irQH8blk

(Dat overigens toch weer met wat elektronische wind eindigt)

Voor zijn nieuwste cd `Mergulho´ (Duik), maart 2016, trok hij zich terug in het `Mosteiro (klooster) de Rendufe´ in Amares (Minho), een soort residentie/ontmoetingsplaats voor artiesten (Encontrarte).
In een interview in `Revista´ beschrijft hij zijn dagelijks routine tijdens de opnamen van dit album als volgt: "Ontbijt, koffie, een beetje opnemen in de ochtend, (vertwijfeld) wachten op het middagmaal, koffie, met misschien wat (een borreltje) erbij, flink opnemen in de middag, stoppen om 19.00 uur of later, avondmaal klaarmaken, luisteren naar de muziek van de dag met misschien nog iets erbij (een drankje), misschien ´s nachts opnemen (hang af van Senhor Padre), naar bed, dromen van gebroken nagels en vallende gitaren. De volgende dag hetzelfde:"
De muziek is ruimtelijker, rustiger en de gitarist keert voor deze cd helemaal terug naar de akoestische gitaar.
Toch is het geen `pastorale´, want: "Je kunt de stad niet uit je hoofd wegnemen, alleen uit je lichaam"

Van `Mergulho´ het melancholieke `Marcha de Pedra´ (Stenen Mars) 



                                          https://www.youtube.com/watch?v=OfNmN41iBVQ

en `Madagáscar´:


                                          https://www.youtube.com/watch?v=rNI4LUHbDvU

Filho de Mãe is een `nieuwe parel van de Portugese muziek´, zoals Tó Trips (Dead Combo) in 2011 naar aanleiding van de het verschijnen van `Palacio´ opmerkte, "Grote hufter! Grote plaat!"


Geen opmerkingen:

Een reactie posten