donderdag 25 oktober 2018

Stad en land 20. Bolhão, de markt staat in de steigers

`Hé hé, eindelijk´, dacht ik, toen ik over het nieuwste renovatie/restauratieplan voor de markt van Bolhão in Porto las: `Maar eerst zien, dan geloven. Portugal is kampioen in de politiek van het aankondigen - liefst met veel bombarie - van werken en maatregelen die uiteindelijk in een la van de bureaucratie verdrinken.´ Maar dit keer was het menens en, zoals je van de huidige burgemeester Rui Moreira kunt verwachten: Een strak plan met respect voor de historische en culturele waarde van het gebouw, respect voor de functie ervan: versmarkt van groente, fruit, vlees en vis voor het omliggende stadsdeel en - niet in de laatste plaats - respect voor de kooplieden, die vaak al generatieslang hun waren op de markt aanboden. Er werden contracten gesloten met degene die over twee jaar - wanneer het project klaar moet zijn - op de markt willen terugkeren en de hele ambulante handel kreeg een tijdelijk onderkomen in de enorme kelder van het winkelcentrum `La Vie´, op nog geen 200 meter afstand van Bolhão.


`virtueel´ opgeknapt

In april 2015 presenteerden B &W. van Porto het definitieve project voor de restauratie van de markt.
Intussen was al individueel met alle markthouders een gesproken: ze konden kiezen tussen voortzetting van hun onderneming over twee jaar in het vernieuwde Bolhão - met een tijdelijke verplaatsing voor die tijd naar een andere plek - , overdragen van de marktplek aan een opvolger, of  stoppen met een schadevergoeding. Veel verkoopsters en verkopers zijn al dik boven de zestig en voor een aantal, zoals `Olguinha´ die al 52 jaar op de markt verkoopt, duurt die twee jaar te lang. 
Uiteindelijk kozen 68 van de meer dan 100 kooplieden voor voortzetting van de handel, waarbij een aantal van branche veranderen.

Tijdelijke installaties in `La Vie´. op de voorgrond president en burgemeester

Drie maanden na de verplaatsing - voor twee jaar - van de markt naar `Centro commercial La Vie´ gaat de zaak een beetje lopen. `Er verschijnen elke dag meer klanten´ en `Als het zo doorgaat, houden we die twee jaar wel uit´ zeggen marktverkopers in een interview met de Portuense krant `Jornal de Noticias´. `Het ontbrak in het begin een beetje aan publiciteit, zodat mensen de weg naar ons nog niet wisten´. Maar daar is intussen hard aan gewerkt: Er verscheen een gigantisch blauw dekzeil rondom het oude gebouw met pijlen richting nieuwe locatie en elke standwerker kreeg 30 zakken met reclame-artikelen, van flyers en waaiers voor warme dagen tot spaarkaarten, en dat blijkt te helpen: `Ze komen nu zelfs uit de sportschool om verse vis te kopen´.


Al in 1984, toevallig het jaar dat ik voor het eerst met de markt kennis maakte, werd geconstateerd dat Bolhão ernstige bouwkundige gebreken begon te vertonen. Begin jaren ´90 werd een internationale wedstrijd uitgeschreven voor een architectuurproject, gejureerd door de architectuur faculteit van de universiteit van Porto en de bekende Portugese architect Álvaro Siza Vieira. Met unanimiteit van stemmen werd het project van Joaquim Massena gekozen. Deze installeerde een kantoortje in de markt om uitgebreid kennis te nemen van de manier waarop de markt gebruikt werd.
Allemaal tevergeefs, want hoewel Bolhão in 1997 op de monumentenlijst terecht kwam en in 1998 de uitvoering ervan door alle bevoegde instanties was goedgekeurd, ging het project niet door:
B&W van Porto namen steeds meer afstand van het project, omdat het achterhaald en economisch niet haalbaar zou zijn.

Intussen vielen er met regelmaat brokken steen en pleisterwerk naar beneden. Er moest hier en daar gestut en provisorisch gerepareerd worden en delen van de markt moesten worden afgesloten. Bolhão ging zichtbaar achteruit. Zag die uil van een Rui Rio (burgemeester van Porto van 2002 -2013, huidig partijleider van de PSD, zoiets als de Nederlandse VVD) nou niet dat nu juist die levendige en kleurrijke markt van Bolhão een belangrijk cultureel erfgoed en een van de belangrijkste toeristische attracties van de stad was! Ik kon me er toen al kwaad over maken.

zo was het...

En zo belandden we in het tijdperk van het neo-liberalisme. Gedragen door modewoorden als no-nonsense, marktwerking en privatisering begon de grote uitverkoop van eigendommen, diensten en bedrijven -  liefst strategische - van stad en staat. Ook Bolhão leek er niet aan te ontkomen: B&W van burgemeester Rio schreven in 2006 opnieuw een internationale wedstrijd uit, dit keer voor ondernemers met een project voor de verbouwing en exploratie van de mark, waarbij het gebouw aan de winnaar ter exploratie zou worden overgedragen voor 70(!) jaar. De winnaar, de (Nederlandse) onderneming Tram-CroNe, maakte bekend dat het hele inwendige van Bolhão gesloopt diende te worden om het rendabel te maken. De traditionele markt zou moeten plaatsmaken voor een winkelcentrum met supermarkt en een aantal luxe appartementen. Slechts 3% van het gebouw zou overblijven voor de marktverkopers. De rest moest maar uit vissen gaan.

Een storm van protest barstte los. Er werd een petitie met 50.000 handtekeningen bij het Parlement ingediend. Kamervragen gesteld, juridische acties tegen het project ondernomen en er was een grote culturele manifestatie in de vorm van een symbolische blokkade met hulp van solidaire artiesten rond om Bolhão. Het was duidelijk dat de inwoners van Porto niets voor de sloop van `hun´ markt - nota bene ook nog eens een monument - voelden.
Toch werd het contract door de - rechtse - meerderheid van de gemeenteraad goedgekeurd.
Maar er kwamen strubbelingen: TramCro hield zich niet aan de precontractuele voorwaarden, onder andere met betrekking tot de plaatsvervangende ruimte voor de marktkooplieden.
Een nieuw plan in 2011, in samenwerking met het ministerie van cultuur, ging uiteindelijk niet door, omdat burgemeester Rui Rio geen 20 miljoen wenste te investeren in Bolhaõ zonder een substantiële bijdrage van de EU.

                                                     de beelde spreken voor zich
                                         https://www.youtube.com/watch?v=ZSm2TLjJ_H4

In 2013 werd Rui Moreira, onafhankelijk kandidaat, als burgemeester van Porto gekozen. een Portuense ondernemer, met een passie voor `zijn´ stad. En in 2015 kwam er eindelijk een serieus plan op tafel, geheel voor eigen rekening van Porto. Een plan waarbij de `begane grond´ bestemd is voor de traditionele markt en de galerijverdieping voor horeca. De markt wordt overdekt en de kramen met sanitaire voorzieningen - met name voor de verkoop van vlees en vis - aangepast aan de moderne hygiënische normen. Plaats voor laden en lossen en opslag wordt gecreëerd in de kelderverdieping. Daarvoor moest de ondergrondse waterstroom, waaraan Bolhão zijn naam te danken heeft gekanaliseerd en afgesloten worden. Voor zover bekend is dat inmiddels gebeurd.
Voor de uitvoering van het werk werd gegund aan een consortium van acht gespecialiseerde aannemers die het in 720 dagen klaar moeten zien te krijgen. Ik ben benieuwd!

Bolhão voor 1910

Korte geschiedenis van Bolhão

In 1839 kocht de het gemeentebestuur van de stad Porto een modderig terrein, bijna een moeras, van de kerk om er een marktplein op te maken. Het veld werd doorsneden door een ondergrondse waterloop die zo´n beetje in het midden een toeloop, `bolha´,  van water veroorzaakte. Vandaar de naam `Bolhão´.
Een paar jaar later werd de boel een beetje opgeknapt: Er werden opritten aangelegd en er verschenen houten barakken op het centrale deel van de markt.
In het begin van de 20e eeuw besloot het gemeentebestuur dat er - buiten de `burgo´, het (nog maar gedeeltelijk) ommuurde deel van de stad een nieuwe `vers´markt moest komen, die met het oog op de toekomstige stadsuitbreidingen de voedselvoorziening moest waarborgen.
Na een eerder afgewezen project, dat te duur werd bevonden door de gemeenteraad, werd in 1914 het huidige gebouw naar een ontwerp van architect Casimiro Barbosa. Door het gebruik van metaalconstructies, gewapend beton en granieten steenhouwwerk, was het gebouw zijn tijd vooruit.
In de jaren ´40 werd de galerijverdieping aangelegd, die het mogelijk maakte om het gebouw op twee verschillende straatniveaus binnen te komen.



donderdag 4 oktober 2018

Van de boerderette 47. Oktober

`Quem vai ao mar, perde o lugar e quem vai ao vento perde o assento´: Wie naar zee gaat, verliest zijn plek en wie met de wind gaat verliest zijn zitplaats, zegt een bekend Portugees spreekwoord over de stoelendans van het leven. En dat geeft zo´n beetje het gevoel weer waarmee ik de maand oktober inga, na een wat slome zomer met weinig ontmoetingen, karige bloglust en - wellicht mede daardoor - schaarse berichten uit het vaderland. `Niet op het net, niet onder de pet´, lijkt het lemma van deze verlichte tijden. Een zomer waaraan maar geen einde lijkt te komen, die zelfs nostalgie oproept naar een regenachtig Nederland: `Wat voor weer zou het zijn in Den Haag´, een lied van Annie M.G. Schmidt en Harrie Bannink, gezongen door Connie Stuart in 1966. Over het Zaanlandse dorp waar ik vandaan kom is nooit een dergelijk lied geschreven, maar het regent er even vaak.


                                        https://www.youtube.com/watch?v=4ayYAwy-Wnw

Een kalme zomer, tot nu toe zonder bosbranden van betekenis in de buurt. Wel was er in het begin van de zomer die grote in Monchique, waarbij 27.000 hectaren bos werden verslonden. Veel schade aan huizen en have, maar gelukkig geen doden dit keer.
Een ongekend rustige augustusmaand zonder het gebruikelijke geknal van 8 uur ´s morgens tot diep in de nacht. Het afsteken van vuurwerk was vanwege hitte en droogte bijna de hele maand verboden.
En al meer dan twee maanden elke dag lunchen en dineren op de veranda, hoewel we het toetje de laatste week naar binnen moeten schrokken, om voor het donker klaar te zijn. Kom daar maar eens om in Nederland!

Juli was koud en nat. De roodstaartzwaluwen repareerden nog wel het gat dat de jongen vorige zomer in het nest hadden gepikt, toen ze daarbinnen zowat stikten van de hitte, maar zochten daarna lager oorden op. Er waren hierboven niet genoeg insecten om een nest jongen te voeden. Ze kwamen nog wel regelmatig even buurten met de kinderen: `Kijk jongens, hier hebben pa en moe nog gewoond. Misschien wat voor de kleinkinderen volgend jaar, mochten wij niet meer terug komen van de grote reis? Aardige mensen, doen geen vlieg kwaad. Dat doen wij wel voor ze haha tsjiep tsiep. En het ruikt er altijd zo lekker naar tomatensoep- geef mij maar een zwerm muggen hoor - maar die geur geeft zo'n gevoel van thuis! Die poes is een sukkel, maar pas op met de kater. Da´s een gluiperd!´ Ik las laatst dat wetenschappelijk onderzoek heeft uitgemaakt dat het gedrag van dieren veel meer op cultuur (aangeleerd dus) berust dan tot nu toe werd aangenomen. Alleen met instinct bakt het grootste deel van het dierenrijk er niks van. Aan die ark van Noach (of dat ruimteschip van Musk) heb je dus niks als het gaat om het redden van de soorten.

okra!

Ook de wielewaal, waarover ik zo enthousiast schreef in het voorjaar (Van de boerderette 44), liet het verder afweten. Behalve perziken en appels was er bijna geen fruit te pikken De vruchtbeginselen van kersen, pruimen en noten waren in juni al al door regen en hagel van de bomen gerukt en onze bosbessen had ik door een tent van gaas onbereikbaar gemaakt voor de fruitdieven. Het arme dier kon toch moeilijk op een tak gaan zitten dudeljoën tot het rijpen van de vijgen in september.

met kratten tegelijk

Door die koude juli waren tomaten pas begin september rijp, maar toen kwamen ze met kratten tegelijk. Als je niet van tomatensoep houdt, kun je in deze periode beter een tijdje ergens anders gaan logeren. Wij eten dagelijks diepe borden vol met chouriço of bieslook.
Omdat de middagtemperatuur ook in september steeds dik boven de 30 graden Celsius bleef, hadden we dit jaar voor het eerst een flinke okra-oogst (lekker in een curry met kip) en ook de (baby)watermeloenen en de spontane netmeloenen naast de composthoop zijn bijna rijp. De zomers worden steeds langer en heter

tomatensoep

Misschien wel de beste actie van deze zomer was de verandering van communicatieleverancier. Zaten we in de eerste helft van het jaar weer verschillende keren dagen- of zelfs een week lang zonder telefoon en internet, omdat ijzel, onweer of ander ongerief dat de telefoonkabel (ADSL) onklaar maakte, de nieuwe firma levert alles per satelliet. En zolang die niet uit de lucht valt (of de schotel van het dak) kan ons niets meer gebeuren.

snetmeloenen naast de composthoop

De Portugeest heeft zin in het komend seizoen. Er is weer genoeg te melden - de la is overvol en er ligt een halve meter krantenknipsels op de kast - en - zoals de jongens van `De Dijk´ op hun cd `De Blauwe Schuit´ (1994) zingen:

`Het vuur moet blijven branden
En de hoop mag niet vergaan
En de geest moet kunnen waaien
Want de vonk kan overslaan.

Een mooi motto om maandagochtend je boterham voor de lunch mee te smeren.