donderdag 6 oktober 2022

Van de boerderette 66. Wespennest

`Hé´, zei M. `Volgens mij hebt u een wespennest daar boven in die den. Aziatische wesperen (Hij zegt altijd `vesperas´ in plaats van `vespas´) Lijkt me nog vrij nieuw. Kijk! Je ziet ze in en uit vliegen.´ Hij wees op een dennenboom aan de rand van het bos, waarin ik inderdaad helemaal bovenin een grote grijsbruine bol zag hangen. Maar hoe hij in godsnaam vanaf hier die wespen zag vliegen... `Zal ik meteen de GNR (Garde Nacional de República, militaire politie) maar bellen. Ik heb het nummer toch in mijn telefoon staan.´ Er werd zelfs opgenomen en men zou iemand sturen. Dat zal - op z´n Portugees - wel weer op zijn minst een paar dagen, of misschien wel een week duren, dacht ik.  



Maar nog dezelfde middag nog werd deze zelfingenomen Hollander tijdens zijn middagslaapje gestoord door de telefoon: Over een kwartier kwam men het wespennest opruimen.
`Oei´, dacht ik, `Dat zal een wel een hele operatie worden. Die beesten moeten toch te vuur en te zwaard uitgeroeid worden. Mannen in witte pakken en zo... Zou die den eerst om moeten? Ik zal alvast maar wat bier koud zetten.´

Tien minuten later verscheen er een 15 jaar oud wit autootje aan de poort, waaruit een goedlachs manneke stapte. M. was inmiddels ook gearriveerd. Er werden handen geschud en gedrieën liepen we het bos in. Naar het bleek om de precieze coördinaten van het nest vast te leggen. `Vijftien meter hoog´, zei M. ´U bent zeker houtvester, want dat klopt wel zo´n beetje´, sprak de wespenbestrijder. 
`Maar hoe komt u nu bij dat nest, u gaat toch niet in die boom klimmen?´, vroeg ik. `Een hengel´, antwoordden M. en het mannetje bijna tegelijkertijd. En daar moest ik het maar even mee doen.


Toen de kofferbak van de auto geopend werd, begreep ik het. De auto lag vol met telescopisch uitschuifbare en opzetbare glasfiber hengeldelen. Niks vuur of rook. Aziatische wespen worden tegenwoordig met gif gedood. Gif dat voor de wespen ruikt en smaakt als voedsel. `Denk maar aan zo´n rattensnoepje. Maar met dit verschil, dat wespen voedsel van mond tot mond doorgeven. En als de koningin, die de eitjes legt, aan de beurt is geweest , betekent dat het einde van het nest.´, doceerde de wespenverdelger vrolijk.

We mochten toekijken hoe hij in de kofferbak zijn wapen klaarmaakte. Van een stok ter dikte van een potlood werd een 40 cm lang stuk afgebroken. Aan een kant werd een punt gesneden waaronder hij weerhaakjes inkeepte, zodat de `pijl´ in de nestwand zou blijven hangen. Aan de andere kant werd een rood lint vastgemaakt. De man stak het stokje met de punt naar beneden in een fles met gif en bevestigde het daarna met een rood koord (op een rol) aan het bovenste hengeldeel. Natuurlijk met een knoop die je los kunt trekken.  


`Hoe staat het nu met die wespen?´, vroeg ik, M. onderbrekend, die weer zo nodig zijn hele levensverhaal aan de wespenmoordenaar moest vertellen, `Wordt het meer, of hebben jullie de plaag een beetje onder controle?´ `Moeilijk te zeggen´, was het antwoord, `Vorig jaar had ik erg veel werk, maar met deze extreem droge zomer beduidend minder. Vandaag maar drie nesten. Ik moet nog even naar Penha Longa en dan zit het erop voor de middag.´

Bij de boom aangekomen, schoof hij de telescopische top van de hengel uit en begon daarna steeds in grootte toenemende delen aan te zetten. Het werd moeilijk om met het geval te balanceren, maar hij wist met de vergiftigde pijlpunt de onderkant van het nest te bereiken. Met een ruk stak hij toe en trok het koord los. Er hing nu een rood lint aan het nest  Dat aangaf dat het was behandeld,


M. en ik hielpen de man om de hengeldelen te demonteren, om ons zo snel mogelijk uit de voeten te kunnen maken, want met aanzwellend gezoem gaven de wespen te kennen dat ze het niet helemaal eens waren met onze aanwezigheid onderaan die dennenboom.

De zaak was gepiept. Het koude bier werd afgeslagen want er moest  nog gereden worden. Ik werd geacht de boel in de gaten te houden en als er over vijf dagen nog steeds veel Aziatische wespen waren te bellen naar het telefoonnummer dat op het kaartje van de `Associação Nativa´ stond, een organisatie die zich onder andere bezig houdt met de bestrijding van invasieve soorten. 

Twee dagen later zei M. :`Volgens mij bent u ervan af. Ik zie geen wespen meer rond het nest vliegen.´ 
`Nee´, antwoordde ik, `Ik ook niet´,. Maar ik had natuurlijk met een verrekijker gekeken.