Vanaf de dag dat we ons land kochten heeft dat wat melancholieke geluid deel uitgemaakt van onze zomeravonden. Na het avondeten op de piepkleine veranda van het oude boerderijtje, terwijl we - zoontje eindelijk in bed - elk achter een boek ons gapen zaten te verbergen. Later met z´n drieën met thee, koekjes en een spelletje domino. De laatste jaren, na het diner weer met z´n tweeën, want zoonlief rent zo snel mogelijk van tafel naar de tv binnen: "Ciao!" Jarenlang wisten we niet wie of wat dat eindeloos, met een interval van 2 seconden, herhaalde tjoe - tjoe - tjoe - voortbracht. Ik Hoewel ik zelfs nog even gedacht dat het een of ander apparaat was, waren we het er al snel over eens dat het een vogel moest zijn. Maar hoe kom je erachter welke, als je alleen weet wat voor geluid hij maakt?
Drie jaar geleden hadden we vrienden op bezoek die van tientallen vogels zo even de naam uit de mouw schudden en die eerder hun tandenborstels dan de verrekijker vergeten in te pakken, maar ook die konden deze vogelzang: https://www.youtube.com/watch?v=VDENiSm7q9Y niet met zekerheid thuisbrengen. Vriendin kwam op het lumineuze idee om het geluid met haar mobieltje op te nemen, want in Nederland kende ze een Ko de boswachter. Die sprak uiteindelijk het verlossende woord: Dwergooruil. Dwerg- omdat hij niet groter wordt dan 20 centimeter (en ongeveer een ons weegt), oor- vanwege zijn opvallende gehoororganen, die je normaal gesproken nauwelijks ziet, maar als het diertje in de stress schiet niet onderdoen voor een paar Westfriese zeiloren.
De dwergooruil is een veel voorkomende zomergast in het zuidelijk deel van Europa, maar wordt af en toe ook wel in meer noordelijke landen zoals Nederland gesignaleerd. Dan is het feest voor de vogelaars (zie Van de boerderette 20. Stronthaan). Hij houdt van een halfopen landschap, vooral van een combinatie van boerenland en loofbossen, waarin hij zich met zijn schutkleuren gemakkelijk verbergt en overdag zijn uiltje kan knappen. Want het is een nachtdier, dat na zonsondergang op grote insecten en kleine zoogdiertjes en vogels jaagt. Hoewel altijd in de buurt, hebben wij hem nog nooit in het wild gezien, maar wel in het `Parque Biológico´ in Vila Nova de Gaia, waar men inheemse nachtroofvogels in de ruïne van een boerderij heeft gehuisvest.
Het uiltje arriveert begin maart in Portugal en op de eerste mooie avond van het jaar begint hij met zijn eindeloze avondroep, die volgens Petersons, maar ook volgens mijn uit het Zweeds (of Deens, of Noors, of Fins) vertaalde Portugese vogelgids nogal eens verward wordt met het gefluit van de vroedmeesterpad: https://www.youtube.com/watch?v=KL2FvFJY17Y. Volgens mij wordt het hoog tijd om eens naar zo´n gratis consult voor een bijna onzichtbaar gehoorapparaatje te gaan als je die twee door elkaar haalt, maar door die waarschuwing kwam ik terecht bij een op-en-top Hollands youtubefilmpje: https://www.youtube.com/watch?v=GUf0ROx7pFs . Het had ook opgenomen kunnen zijn in Laren of Aerdenhout, maar absoluut niet in Portugal. Portugezen slapen over het algemeen niet met de ramen open. Dat nodigt dieven en `burros´ (demonen) maar uit om binnen te dringen. Slaapkamerramen zijn er om te luchten en dat doe je niet ´s nachts. Bovendien zouden Portugezen, als ze al last hadden van die padden, eerder die - overbodige - vijvers dempen of een manier zoeken om die vieze beesten uit te roeien dan de televisie erbij te halen en dat ze ook nog eens op hun (benzine)kosten te verhuizen.
Half september vertrekt de dwergooruil, naar het schijnt in familieverband, naar de Afrikaanse landen achter de Sahara. Het plotselinge ontbreken van zijn roep geeft me altijd een beetje een triest gevoel, want dat betekent dat die mooie zomer al weer echt voorbij is. Nog een paar bosbranden en dan beginnen de regens.
Maar over zes maanden is hij er weer, mijn uiltje. De zelfde of misschien een van zijn nakomelingen. `Het gaat maar door, ongelofelijk..´