Portugezen zijn over het algemeen vriendelijk en behulpzaam tegenover vreemdelingen uit binnen. en buitenland. Ze helpen graag en wijzen je met alle plezier de weg (zelfs als ze die niet weten). men houdt van een praatje en bovendien is de ene dienst de andere waard. Je weet maar nooit. Maar in hun ijver om je ervan te overtuigen dat ze het echt weten en misschien ook wel hun trots op dorp of streek te demonstreren, overladen ze je met zo´n berg gedetailleerde informatie dat je door de klinkers de weg niet meer ziet. Er zit dan niets anders op om een paar honderd meter verder maar weer iemand aan te klampen, enzovoort.
Ik las eens een artikel van een Portugese socioloog die beweerde dat zijn landgenoten heel vaak gebruik maken van een soort van tribale taal, die alleen door leden van de groep (familie, dorp enz.) goed begrepen kan worden.
Zou best eens waar kunnen zijn, maar zelfs Portugezen die elkaar goed kennen lukt het vaak niet om elkaar een heldere uitleg te geven.
Een paar jaar geleden hoorde ik - één kant - van een telefoongesprek tussen mijn vrouw en een goede vriendin aan. We zouden het pas opgeknapte weekendhuisje van haar en haar man, zo´n 15 kilometer hogerop aan de Douro bezoeken. De uitleg van de route daarheen duurde ruim twintig minuten en draaide in cirkels rond. Er werd niet goed naar elkaar geluisterd, zodat namen van stations en andere details steeds herhaald werden en dan toch weer niet goed begrepen werden. Portugezen zeggen bijna nooit zonder meer `ja´ of `nee´. Er wordt bijna altijd een deel van de vragende zin herhaald.
De niet ter zake doende details stapelden zich op.
Toen we in de auto stapten, had mijn vrouw alleen onthouden dat we ergens langs een station moesten en dan linksaf. Bij de eerste afslag ging het al mis en belandden we bij het verkeerde treinstation. Er moest gebeld worden. Dat gebeurde nog een keer of vijf. We kwamen wel steeds een stukje dichterbij. Uiteindelijk werden we door onze vriend maar met de auto opgepikt. Het diner stond al te verpieteren.
Als ik weer eens - met een half oor - naar zo´n eindeloze uitweiding sta te luisteren, moet ik vaak denken aan het liedje `Op de step´, dat Wim Sonneveld in de serie `Ja zuster, nee zuster´ zong (Ik weet het mijn referenties zijn niet altijd kakelvers. Zal de leeftijd wel zijn. Het liedje wordt volgend jaar vijftig!).
Een van de coupletten gaat als volgt:
"Toen zag ik die pastoor.
Bent u misschien bekend,
weet u misschien de weg naar Purmerend?"
"Ja zeker wel, zei de pastoor,
je gaat rechtuit en alsmaar door.
Kijk, zie je die kapel?
Die ken je ongetwijfeld wel.
En als je daar dan bent,
vraag dan de weg naar Purmerend.
Dag vent."
Als je het leuk vind om ´m (nog) eens te zien:
Maar ik dwaal af...
Als niet-Portugees kun je ook het omgekeerde meemaken: Toen ik nog niet zo lang in Vila Nova de Gaia woonde, vroeg een vrachtwagenchauffeur me een keer de weg naar de `Makro´. Daar was diezelfde week nog geweest, dus fijn, die kon ik helpen. In mijn beste Portugees: `Bij de stoplichten linksaf, eerstvolgende rotonde richting Espinho en neem daarna de afslag Combrões. Op de rotonde ga je linksaf naar beneden en dan zie je de Makro al. Eerste rechts en je bent er. Ongeveer 15 kilometer. De chauffeur keek me aan met een blik van `Hou je grootje voor de gek´ en trok met een niet al te vriendelijk knikje op. In ieder geval in de goede richting. Hoewel de informatie volledig en correct was geloofde hij me niet. Ik had veel te weinig details verstrekt voor zo´n lange afstand.
Een neef die een paar weken geleden op bezoek kwam (en net een cursus gevolgd had) meende dat het probleem er waarschijnlijk in zat dat Nederlanders bij een gesprek meestal vergeten om een persoonlijke band met de gesprekspartner op te bouwen. Ze komen meteen ter zake en komen daardoor kil en zakelijk en misschien ook wel onbetrouwbaar over.
Je zou dus eerst een persoonlijke band met iemand op moeten bouwen, voordat je hem of haar de weg kunt wijzen...?
Ik dwaal weer af...
Ook de hit `Is this the way to Amarillo´ van Tony Christie uit 1971 (Ik was precies oud genoeg om het liedje te haten) wil me bij het `wegwijzen´ nog wel eens te binnen schieten: https://www.youtube.com/watch?v=E12ZcvBDsA0 ,
maar dat lied staat eigenlijk weer model voor een ander verschijnsel, dat zich in Nederland ook vaak voordoet: De wegvrager die de weg eigenlijk wel weet, maar zijn of haar persoonlijke verhaal kwijt wil.
Het bekende dametje op het perron. "Is dit de trein naar Appingedam, meneer? Ja ziet u, ik ga op bezoek bij mijn nicht Clea, want Geurt, dat is haar man dus, is net geopereerd aan zijn aambeien en..."
Toen ik het nummer van Christie hoorde, moest ik denken aan dat tv-programma van Boudewijn Büch uit 1997, waarin hij met een cameraploeg naar het doodsaaie Amarillo (USA) trekt om de `roots´van het liedje te zoeken en een schoolkoor zo gek krijgt om het beweginkjes en al in te studeren. Laat nou iemand daarvan in 2014 een stukje op youtube gezet te hebben:
Maar nu dwaal ik echt af...
Voor het geval je ooit in Portugal naar een plek moet die niet met kaart of tomtom te vinden is en waarvoor je dus de weg moet vragen, hierbij een paar handige tips om je goede humeur te bewaren:
Ga vroeg op pad, neem een lunchpakketje mee en reken er niet op dat je op tijd voor de afspraak of voor sluitingstijd zult aankomen (als je al ooit aankomt).
Je zult met veel inwoners van het land kennismaken en je komt gegarandeerd op plaatsen waar zich nog nooit een toerist heeft vertoond.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten