donderdag 18 augustus 2016

Bijzonder Portugees 28. Het hele land staat in de brand

Moet je een Portugees zijn om te begrijpen, zelfs te accepteren, dat je je - als je in een huis woont waar een paar bomen of struiken omheen staan -  vanaf half juli opgejaagd begint te voelen en met je `coração no mão´, je hart in je handen, om het uur de horizon afspeurt om te zien of de schikgodinnen al rook en een bosbrand in jouw richting hebben gestuurd, omdat het een paar weken niet heeft geregend? Is er een ander land in Europa waarin in het `hoogseizoen´ dagelijks honderden bosbranden en -brandjes woeden en elk jaar weer duizenden hectaren bos verloren gaan, land- en tuinbouwbedrijven, natuurparken, en waarin zoveel - vrijwillige - brandweerlieden bij het bestrijden van bosbranden omkomen? 

 

In de week van 7 tot 14 augustus leek het of in Noord-Portugal de hel was losgebroken: Arcos de Valdavez (natuurpark Gerês), Amarante, Marco de Canaveses, Cinfães, Aveiro, Vila Nova de Cerveira - ik noem maar een paar van de grootste branden - en tot slot de brand in Arouca, die oversloeg op São Pedro de Sul, waar de bewoners dagen, zonder hulp, in angst zaten en tientallen mensen hun huizen en agrarische bedrijven kwijtraakten.
En intussen dat verschrikkelijke drama op Madeira natuurlijk.

Amarante
 
Zeshonderd serieuze bos- en maquisbranden - de honderden (!) kleine brandjes, die snel geblust konden worden niet eens meegerekend - op maandag en dinsdag. Voor het eerst werd het `Noodplan voor het district Porto´geactiveerd. Van de 3000 brandweerlieden van het district waren er 1900 in touw. De teams waren niet meer te vervangen. Er waren brandweerlieden die al 36 uur niet geslapen hadden. Aan de overheid werd verzocht om 300 man extra en er werden 4 pelotons militairen gemobiliseerd. De bevolking werd gevraagd om zoveel mogelijk binnen te blijven en medewerking te verlenen aan brandweer en `Proteçaõ Civil (BB), ook bij eventuele evacuatie. Op woensdag vroeg de ministerpresident om hulp uit het buitenland. Er arriveerden blusvliegtuigen en brandbestrijders uit o.a Frankrijk, Spanje, Rusland en Marokko (Madeira).

De harde noordoostelijke wind maakte het stoppen van de branden bijna onmogelijk. Als die ´s avonds eindelijk ging liggen, was het donker en konden de blusvliegtuigen en -helikopters niet meer worden ingezet. ´s Morgens om vier uur stak hij weer op en blies de nasmeulende vuurtjes weer aan, zodat de branden zich maar bleven uitbreiden. Er waren zoveel branden tegelijk, dat je niet meer op de brandweer kon rekenen.

Cinfães

Die wind - en vooral de vaste windrichting - was onze redding. Rechts passeerde ´s nachts een brand op nog geen 500 meter afstand en woensdagochtend wist de brandweer, bij harde wind, met moeite het vuur aan de linkerkant van de straatweg te houden op zo'n 800 meter afstand. We hielden ons hart vast, want uit de as van de grote brand van 2013 (zie `Van de boerderette´ 9,10 en 11) is inmiddels weer meer dan manshoge maquis gegroeid, gortdroog na anderhalve maand zonder regen. Geen houden aan, als die in de brand vliegt.´s Avonds, als de wind ging liggen hing er een verstikkende rookmist in het Dourodal. Op donderdag bleef de zon een oranje schim.

En dat was wel erg dichtbij

Wat is er aan de hand in dit land? Zit het vol kwaadwillige brandstichters, illegale vuurtjesstekers (`Dan is het maar opgeruimd´), onhandige barbecueërs, achteloze sigarettendovers? Gaat het om boze opzet,  stompzinnigheid,  nalatigheid, of is er sprake van een diepgewortelde minachting voor alles wat `mato´ of  `mata´, maquis of bos, is?
Volgens `deskundigen´ en andere tv-commentatoren is het een combinatie van al die factoren, maar er is geen ontkomen aan: 30% van de bosbranden ontstaan tussen 4 en 6 uur ´s morgens - de koelste periode van de dag -  en vaak op verschillend plaatsen tegelijk. Die worden dus door kwaadwillende lieden aangestoken. Tot nu toe zijn er een stuk of tien pyromanen opgepakt, maar er moeten er nog veel meer zijn. De brandstichters die de gemeente Marco de Canaveses vanaf half juli onveilig maken, zijn nog niet gevonden.

Een van de vele branden in Marco de Canaveses

Ministers en andere overheidsvertegenwoordigers herhalen wat ze in 2013, 2008 en 2005 - een paar van de ergste zomers - al zeiden `Nu moet het echt over zijn´: Preventie, strengere straffen op brandstichting, beter gestructureerd beleid t.a.z. van de bossen, meer controle op schoonhouden enzovoort. Op het RTP journaal was een korte documentaire te zien, waarin vertegenwoordigers van de regeringen van de afgelopen 30 jaar vol overtuiging beweren dat men `dit keer is voorbereid´: Meer blusmiddelen, brandweerlieden - die bovendien beter getraind en uitgerust zijn (ik herinner me een training in `tegenvuur´ door Canadese brandweerlieden, zo'n 10 jaar geleden), maar het aantal verbrande hectaren neemt elk jaar alleen maar toe. In de laatste 10 jaar is, alles bij elkaar genomen, een derde van het totale Portugese vasteland, 1 miljoen hectare, in de as gelegd. Op dit moment is Portugal het enige Europese land met een negatief bebossingscijfer en dat terwijl de bossen de belangrijkste grondstoffenleverancier van Portugal zijn.

Toch hoorde ik dit jaar een paar nieuwe en wat meer realistische geluiden:
De eerste kwamen van de voorzitter van het  Portugese geologisch genootschap (ben even zijn naam kwijt):
-Het binnenland van Portugal ontvolkt en het is een illusie om te denken dat dat omkeerbaar is.
-Een groot deel van Portugal heeft een mediterraan klimaat, maar een Atlantische neerslag. Dit betekent dat een hectare land  per jaar 10 ton (ongewenste) biomassa produceert. Vroeger, met een dichte bevolking en grote schapen- en geitenkuddes, werd bijna al die biomassa gebruikt, tegenwoordig moet het `opgeruimd´ worden.
-Mensen laten hun land - stuk bos - in de steek, omdat het te duur is om te onderhouden en niets opbrengt (de prijs voor brandhout is erg laag; eucalyptus is roofbouw en bijzonder brandgevaarlijk). Er moeten daarom andere soorten geplant worden, die het bos weer waardevol maken.
-Criminalisering van het niet schoonhouden van bos werkt contraproductief. Het grootste gedeelte van het Portugese bos is in handen van `micro-eigenaren´, die niet meer dan een hectare bezitten. Vaak zijn dit mensen met laag salaris of klein pensioen (200 -300 € per maand). Het schoonhouden van een hectare bos kost 1000 €. en als je (onbekende) buren niets doen, heeft het niet eens zin. Men laat het land in de steek, of probeert door middel van brand het land `schoon te maken´ om aan een boete te ontkomen.
-Brandgangen zijn een goed idee, maar bij harde wind - behalve voor het verplaatsen van brandweervoertuigen - weinig zinvol. En wie houdt ze schoon?
-Op het gebied van strategische preventie, maar ook de strategie tijdens de brandbestrijding zou er meer samenwerking tussen de gemeenten moeten komen en een veel belangrijker rol (en een betere beloning) voor de `bombeiros-sapadores´, brandweer sappeurs.

aan de overkant van de Douro

Bij dit laatste sloot de minister van landbouw, die maandagochtend in alle vroegte zelf een aangestoken brand in Marco de Canaveses meemaakte, zich aan. In zijn vorige mandaat als minister van landbouw, tien jaar geleden, was hij begonnen met de opbouw van een veel groter corps sappeurs. Opvolgende regeringen hadden daar weer een stop op gezet.
De staatssecretaris van Binnenlandse Zaken  zei eindelijk wat ik zelf al een paar dagen op mijn lippen had: Er moet nu eindelijk eens een behoorlijk kadaster in Portugal komen, want hoe moet je landeigenaren nu aanspreken of organiseren (gemeenschappelijke, strategische schoonmaak bijvoorbeeld), als je als overheid van meer dan 50%  van je territorium niet weet wie de eigenaar is?
Inmiddels hebben hebben woordvoerders van de regering schadevergoedingen beloofd aan de slachtoffers van het pandemonium en prioriteit aan preventiemaatregelen om bosbranden te voorkomen. De uitbreiding van eucalyptusaanplant is per onmiddellijk verboden.

We zullen zien wat er deze keer van alle vrome voornemens terecht komt. Na de branden van 2013 werd een lijst met 32 aanbevelingen op het gebied van brandbestrijding unaniem door het parlement aangenomen. Drie jaar later is nog geen van de 32 is uitgevoerd. Misschien wordt het tijd om een `antiebrand´ actiegroep (in samenwerking met de milieubeweging?) op te richten.
Eerst maar weer hopen dat we zonder schade de zomer doorkomen, want die is nog lang niet afgelopen.

helikopter bij Caldas de Aregos (Resende)

En hoe ging het bij Lydia, aan de overkant van de rivier?

PS De Portugeest was niet stiekum een weekje op vakantie, maar de telefoonleiding (alleen ADSL hier) was over grote lengte verbrand, zodat hij het zonder internet moest stellen. Het kostte ruim een week om de boel weer te repareren.





  
  

 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten