donderdag 15 september 2016

Van de boerderette 35. Bij de zwijnen af

Na een kleddernat en hufterig koud voorjaar volgde een schroeiendhete zomer. De bloesem van de fruitbomen werd in de kiem gesmoord, tegen de meeldauw in de druiven en de aardappels viel niet op te sulfaten, horden luizen bestormden peulen, tuin- en sperziebonen en de sla verdorde waar je bij stond - als je het zelf al uithield onder die koperen ploert. De zeven plagen van Egypte waren er niets bij. Maar de mais ontkiemde goed, die houdt wel van een zonnetje en water had hij genoeg, de buurman. Na twee maanden stond het gewas er prachtig bij, dikke kolven, een rijke oogst in het vooruitzicht. Maar op een ochtend stond hij daar, met de hak tussen z´n voeten en tranen in zijn ogen. Het leek wel of er die nacht een kudde bulldozers door zijn maisveld was gereden. Wilde zwijnen zul je bedoelen! En net toen hij dacht dat er toch nog een beetje overbleef om zijn - tamme - varken in de winter te voeren, kwamen ze nog een keer ´s nachts terug om het werk af te maken.

 

  

Ze passeren ´s nachts af en toe over het onderste veld van ons land. Je ziet de sporen en soms wroeten ze de boel een beetje om. Maar daar valt niet veel te halen. Er staan alleen wat fruitbomen en eiken. De muur van het veld met de moestuin er boven is hoog en de enige weg daarheen voert vlak langs ons huis. Daar zijn ze te schuw voor. Ze trekken door naar de aangrenzende akkers en moestuinen van de buren, die hun huis in het buurtschap hebben. Regelmatig worden aardappelvelden omgeploegd, maar als zo´n `rotte´ van een paar vrouwtjes met jongen door je kool- of pompoenenveld heeft gebanjerd, kun je ook wel weer overnieuw beginnen.

Dus zetten de boeren - die dat durven, want als je gepakt wordt draai je wel de bak in - strikken en maken het werk af met een lans of een niet te traceren schot in de nacht. "Wreed, dierenmishandeling", zul je zeggen, "Waarom omheinen ze hun land niet?"
Voor een afdoende omheining hebben de mensen hier vaak geen geld en de officiële jacht is beperkt tot een heel korte periode. Bovendien is die jacht - met speciale vergunningen - alleen nog maar `voor de rijken´. Elk jaar worden er honderden jachtgeweren bij de politie ingeleverd, omdat de verouderende bevolking in het binnenland (met heel kleine pensioentjes) de steeds duurder wordende wapen- en jachtvergunningen niet meer kunnen betalen. Voor het jagen op wilde zwijnen heb je ook nog eens een speciale, en dure, vergunning nodig.


En hoewel het wilde zwijn in Portugal bepaald niet met uitsterven wordt bedreigd - cijfers kan ik met geen mogelijkheid vinden, maar gezien de berichten over plagen en overlast van noord tot zuid zijn het er zonder twijfel heel veel - wordt aan de klachten van landbouwers door de  (lokale) overheid  meestal niet veel aandacht besteed. Als het echt te bont wordt, zoals in 2014 in het Nationale Park `Arábida´, of wat langer geleden in Mondim de Basto, wordt er een `montaria´, drijfjacht georganiseerd. Meestal nodigt men daarvoor notabele jagers uit om te schieten en J. met de P. om de dieren op te drijven. Er wordt geschoten met kogels inplaats van hagel, want wilde zwijnen hebben harde botten, de mannetjes zelfs een vier centimeter dikke plaat van kraakbeen voor hun borstkas om ze tegen de slagtanden van hun concurrenten te beschermen tijdens de onderlinge bronstgevechten.


Door de leegloop van het binnenland in de laatste vier of vijf decennia is het leefgebied van de wilde zwijnen in Portugal flink uitgebreid. Ze houden zich het liefst op in maquis en dichte bebossing die de plaats inneemt van akkers en tuinbouwland. De steeds kleinere groep mensen die het land nog bewerkt is de klos, want die varkentjes lusten op zijn tijd wel een aardappeltje of een een beetje mais naast hun natuurlijke menu van eikels en kastanjes, knollen en wortels, wormen, larven en zo af en toe een dood konijn. En fruit natuurlijk.
Naast de het gebrek aan voorzieningen (onderwijs, gezondheid, winkels enzovoort) en het toenemende gevaar van bosbranden - zoals deze zomer weer eens bleek - zijn de invasies van wilde zwijnen (en wolven, zie Stad en land 8.) nog weer een probleem waar de achterblijvers mee te kampen hebben.

 
Ik heb wilde zwijnen altijd fascinerend gevonden. Als kind, op vakantie op de Veluwe, wilde ik niets liever dan herten en wilde zwijnen `spotten´. Het diorama met opgezette wilde zwijnen met jongen dat we bezochten zal me altijd bijblijven en ook nu heb ik er niets op tegen dat ze af en toe hun sporen op mijn grond achterlaten.
Maar als daar ooit die gedroomde zwemvijver komt, moet er toch echt een omheining omheen en dat gaat in de papieren lopen. Luxeprobleem, zullen we maar zeggen.                     

Geen opmerkingen:

Een reactie posten